The English version will be published soon
Vrijdag 15 mei 2015
Het blijkt dat er geen dag hetzelfde is voor Michael:
"Om half 8 sta ik op en ik heb erg goed geslapen. Na het aankleden check ik mijn mail, want ik lees graag de reacties. Ik bel daarna met Mitch van de Bleu Cirkelgroup op om te vertellen dat mij actie wellicht toch nog een plek in 'RTL Late Night' verdient. Wij spreken af om vlak voor mijn vertrek naar Nederland weer contact te hebben. Daarna bel ik even mijn vader op en houd het gesprek kort, in verband met de kosten.
Ik ga daarna eerst ontbijten in het dezelfde restaurant waar ik gisteravond gegeten heb. Er loopt een compleet nieuwe crew rond, in normale kleding overigens... Ik heb een heerlijk ontbijt. Na het afrekenen en het bepakken van mijn fiets, moet ik de sleutel van mijn kamer inleveren. Als ik mijn fiets voor de deur neerzet, stopt er een auto met een ouder echtpaar. "Rij jij door Canada?" "Ja", zeg ik "Dat doe ik voor kanker en sarcoïdose. Ik doe een tribute tour voor Terry Fox." Als door een hond gebeten reageren zij direct. "Onze kleinzoon heeft dezelfde kanker als Terry en heeft helaas ook hetzelfde been verloren. Hij is 13 jaar. Hij wordt nu behandeld voor uitzaaiingen in zijn longen. Dat is ook net als Terry had." Ik ben direct geraakt. Zeker als ik de emotie in de ogen van deze mensen zie, die het tien keer liever zelf hadden gehad dan hun kleinzoon. Ik geef hen een polsbandje om aan hun kleinzoon te geven en te zeggen dat ik ook voor hem rij, dat hij hoop moet houden en ervoor moet vechten. Ik krijg $20 en zij staan erop om mij een kop koffie of warme chocomel aan te bieden.
Even later zit ik weer binnenaan tafel. Wat blijkt is dat deze mensen destijds Terry op deze weg hebben zien langs lopen en Terry stopte bij hen en nu... Het is even stil. Ik weet wat zij willen zeggen: nu heeft hun kleinzoon hetzelfde. Tot mijn verbazing heeft de eigenaresse van deze zaak ook kanker gehad en als zij hoort wat ik aan het doen ben, wordt er brood met gerookte kalkoen voor mij klaar gemaakt en krijg ik wat te drinken mee. Ik krijg van haar ook $20 en ik knuffel de mensen hier. Het is allemaal erg heftig en emotioneel. Ik vind het moeilijk dat zij mij zo waarderen, want wat doe ik nou allemaal? Ik fiets ja, maar daar ben ik niet de enige in. Wat maakt dat ik de mensen nu zo raak?
Ik ga uiteindelijk pas om 11:00 uur weg en ga toch met een heel goed gevoel onderweg. Ik heb sinds tijdende wind in de rug. Ik rij nu 1,5 uur in snelheden tussen de 30 en 45 km/u. Het loopt volgens mij af hier, want hoe kan ik anders dergelijke snelheden volhouden?
Tijdens het fietsen moet ik ineens nodig een grote boodschap doen. Ik wil dat niet in de natuur doen. Het regent nu licht en daarom hoop ik dat in Echo Bay te kunnen doen. Echo Bay ligt van de HW17 af en ik besluit, nu het beter gaat, om door te fietsen.
Het gaat harder regenen, maar ik heb het gevoel alsof ik naar Sault Ste Marie wordt toe gezogen. Ik begin de weg te herkennen van mijn reis in 2012 met Melvin en de herinneringen zijn goed. Ik mis hem op deze momenten, omdat het toch wel heel speciaal is om dat met je broer gedeeld te hebben. Juist ook omdat we toen net een bijzondere ontmoeting met de Chief Dean Sayers gehad hadden. Ik wil nu ook als eerste naar de Chief toe maar heb geen afspraak. Als er één ding is dat ik nu de laatste weken geleerd heb, is het om vertrouwen te hebben. Mijn besluit is om erop te vertrouwen dat Dean Sayers er is en mij kan ontvangen.
Ik kom om 14:15 uur aan in Sault Ste Marie en ik kan zo de weg vinden naar het gemeenschapshuis van de Batchawana First Nations. Zeiknat loop ik naar binnen en ik zie de dame achter de balie die daar 3 jaar geleden ook zat. "Kan ik je helpen?", vraagt zij. Het is een duidelijk First Nation met diep bruine ogen en licht grijzend haar. "Ja, ik zou graag Dean Sayers willen spreken. Is hij in huis?" "Weet hij dat je komt?" "Dat weet ik niet..." "Dat weet je niet?", vraagt zij. "Nee, ik heb hem in 2012 ook ontmoet en kom uit Nederland. Het zou me niet verbazen als hij aanvoelt dat er visite voor hem is." "O, bedoel je dat...", zegt zij, "Ik bel hem wel even." Het is een zeer kort gesprek. "Ja hoor", zegt zij "Ga maar even zitten, hij is nog even bezig." Zo stoer als ik was om zo maar binnen te lopen, zo verbaasd ben ik nu dat ik hem gewoon echt weer kan spreken. Ik kom gewoon onaangekondigd binnen lopen en weet dat er anderen zijn die heel veel moeite moeten doen om hem te kunnen spreken. Hij is een van de Chiefs in Canada die nogal veel contacten en veel invloed heeft.
Er komen ondertussen verschillenden mensen binnen, bijna allemaal First Nations. Een een oudere man die er als een echte, wijze Indiaan uitziet, vraagt mij van alles. Hij praat rustig en gebruikt zijn handen bij het praten. Tijdens het wachten komt Dean even naar buiten om zich te excuseren, omdat hij nog iets moet afhandelen. Net als ik even van het toilet gebruik heb gemaakt, mag ik naar binnen. Dean zit daar samen met de eerdere oudere man. Ik sla even dicht, want wat ga je nu zeggen als je onaangekondigd binnen komt?
Ik vertel hem van onze eerste ontmoeting, het eiland en de boodschap, zijn woorden die later werkelijkheid werden en reden van mijn bezoek zijn, mijn bezorgdheid over onze planeet en mijn betrokkenheid bij de First Nations. Dean luistert aandachtig en vat het één en ander samen. Ook de oude man vraagt mij naar mijn ideeën en mening. Ik vertel hem dat ik voor de buitenwereld Canada doorfiets om aandacht te krijgen voor kanker en sarcoïdose, maar dat mijn tocht dicht bij de Ojibwe First Nations ligt.
Het antwoord van de Chief raakt mij als hij mij vertelt wat ik moet doen. "Je bent hier gekomen.", zegt hij, "Als je van Sault Ste. Marie naar Wawa reist, moet je een aantal dingen doen." Hij wijst me op een landkaart aan waar ik wat moet doen. Nu vallen de puzzelstukjes op zijn plaats. Mijn hele leven draag ik iets met mij mee, waar ik waarschijnlijk de komende dagen een antwoord op mag krijgen. Voor mij is dit iets heel bijzonders...
Ik tijfel of ik zijn verzoek wel aan kan, omdat het nogal zwaar en een beproeving is. " Maak je geen zorgen!", zegt hij, "Je krijgt datgene wat je kunt dragen, het komt goed met je. Wij gaan aan het einde van deze maand ook naar een paar heilige plaatsen vlak bij waar ik je naar toe gewezen heb. En in juni naar een ander deel, waar jij langs zult komen. Daar kun je nu nog niet naar toe, omdat er nog steeds sneeuw ligt." Om mijn opdracht of liever gezegd aanwijzing op te volgen moet ik pure Tabac kopen. "En dat kan 300 meter verderop.", zegt Dean.
Het is nu 15:35 uur en op vrijdag gaat het gebouw eigenlijk om 15:00 uur dicht. Wij zijn nog met z’n drieën en de oudere man maakt van mij en Dean een foto bij mijn fiets. Ik krijg van Dean zijn privé emailadres en telefoonnummer. "Bel mij, als je het nodig vindt of als je mij iets moet vertellen." Dat beloof ik. Wat een super bijzondere ervaring. Dit zullen weinig mensen kunnen begrijpen, maar eigenlijk interesseert mij dat geen moer. Hoe kan het dat je geboren wordt en een connectie voelt met iets waar je nu kennis mee mag maken. Tenminste, dat is afwachten.
Als ik 300 meter verderop in een winkeltje om Tabac vraag, blijken zij dat niet te hebben. Ik moet verderop een straat in en daar verkopen zij het wel. Ik fiets weer midden in een reservaat of een deel waar alleen maar First Nations wonen. Ik ga naar binnen en koop Tabac. Ik kan alleen 4 zakken tegelijk kopen en die zijn vrij prijzig. Ik besluit dat toch te doen. Er komen allerlei First Nations binnen. Als ik naar buiten ga, vraagt een jonge vrouw van begin 20 waar ik vandaan kom fietsen. Als ik vertel wat ik kon doen, stroomt de auto waarin zij zitten leeg. Ik krijg handen geschut, een high five en een boks. Ze leggen met z’n allen ruim $3 voor mij neer. Wij hebben niet meer, maar je kunt er in ieder geval wat te drinken van kopen. Ik ben geraakt. Deze mensen hebben het echt niet breed en nu krijg ik dit geld met verontschuldigingen dat zij niet meer hebben!
Als ze wegrijden schreeuwt de jonge vrouw "Ik vind jouw embleem helemaal te gek!!!" O ja, dat is ook zo, ik heb het embleem van 'Idle no More' op mijn fiets geplakt. 'Idle no More' staat voor de rechten van de First Nations en ik voel mij hiermee verbonden.
"Hé, Michael!", hoor ik ineens vanuit een auto. Ik kijk om en daar zit de oudere Indiaan rustig achter zijn stuur in de auto te wachten op het moment om mij aan te spreken. "Heb je de Tabac kunnen kopen?" "Ja!", zeg ik. "Mooi…, als je nou daar bent, voer de opdracht uit met een klein beetje Tabac in jouw linker hand, want die zit het dichtst bij jouw hart." Ik bedank hem en hij antwoordt direct door mij een goede reis te wensen, start de auto en rijdt weg.
Hoe is het mogelijk dat deze man weet waar ik was? En wat ontzettend mooi dat hij mij nog een laatste instructie gaf. Toen ik nog binnen in gesprek zat met Dean, dorst ik hem bijna niet te zeggen wat mij al jaren bezig houdt. Maar beiden reageerden totaal niet verbaasd of beledigd. Zij helpen mij en dit kon nog wel eens de topper van mijn persoonlijke reis worden. Ik mag meer vertrouwen hebben en loslaten, beide elementen zijn niet eenvoudig voor mij. Mijn ongeduld, enthousiasme en de drang om te spreken zitten mij vaak in de weg. Wat gaat dit een les worden! Ik vind het nogal wat en erg spannend. Ik zit dan ook nog eens moederziel alleen in de wildernis en moet erop vertrouwen dat ik dat krijg wat ik aan kan. Pfff...
Ik zoek en vind een eenvoudig hotel. Ik ben doorweekt en merk nu pas dat ik koud word. Na douchen en omkleden, ga ik terug naar het reservaat om daar in een First Nations restaurant te gaan eten. Ik eet hier Whitfish met patat en een heerlijk toetje. Ik zit midden tussen de First Nations en voel mij hier gewoon helemaal thuis.
Wat een dag. Als je denkt dat het niet gekker kan en dat ik nu toch echt wel genoeg mee heb gemaakt, krijg je dit. Dus, beste lezers, ik ga daadwerkelijk van Sault Ste Marie naar Wawa fietsen. Een heel zwaar gedeelte, waarbij ik minstens 3 dagen totaal van de buitenwereld ben afgesloten. De komende dagen ga ik mij voorbereiden en ga het park in als het weer beter wordt.
Spannend!!!"
Han Schomakers, editor
Add comment
Comments